Je hebt van die woorden waar je pukkeltjes van krijgt.
Dankbaar is er voor mij zo een. Ik denk aan de kerk. Aan eindeloos stil zijn en stil zitten. Aan ‘Laten we dankbaar zijn’ en ‘Laten we bidden’. Voor een god die ik niet kende en niet ken. Ik denk aan scènes aan tafel waarbij ik als kind mijn bord leeg moest eten. De grauwe kapotgekookte witlof staarde me aan en ik jankte ‘Het is zo vie-hies’.
Fout! Het was niet vies. Misschien vond ík het niet lekker, maar ik moest maar eens denken aan de arme kindertjes in Afrika. Die hadden niets te eten! Dus niet zeuren en dankbaar zijn.
Ook later kwam het woord regelmatig voorbij. Zalvende mensen op zoek naar zichzelf riepen dat je vooral dankbaar moest zijn voor wat je wél hebt. Loslaten wat je niet hebt (dat is op zichzelf al knap) en voldoening halen uit wat er is. Wie weet deed ik dat onbewust wel, maar als de focus op het woord dankbaar kwam te liggen, dan haakte ik af. Misschien wel door de witlof.
Typhoon
En toen was daar Typhoon. Met ontwapenende eerlijkheid vertelde hij op tv hoe hij dealde met onzekerheid in tijden van corona. En hoe hij luisterde naar een voormalig lerares in China. Zij vertelde dat we ons verward mógen voelen; ‘Durf onzeker te zijn’. En dat we ons iedere dag moeten focussen op lichtpuntjes. Typhoon zei: ‘Sluit iedere dag af met 3 dingen waar je dankbaar voor bent’. Zo doet hij dat samen met zijn vriendin.
En op dat moment snapte ik Typhoon. Kreeg ik geen allergische reactie. De witlof bleef weg, en god overigens ook. Misschien doordat het geen dwingend advies was. Misschien door zijn mooie kwetsbaarheid. Misschien door het woord lichtpuntjes. Misschien doordat ik de vraag snapte én voelde. En misschien doordat ik stiekem sinds corona ook gewoon bewuster dankbaar ben voor wat er wél is.
Voor wat voldoening geeft. Voor waar ik troost in vind. Voor wat ik koester.
Herwaardering van het woord dankbaar? Wie weet. De tijd zal het leren, maar het lijkt er wel op.